Soms, als het nèt nieuwe maan is geweest, zie je niet alleen een klein fel sikkeltje, maar ook - in het donkergrijs, heel subtiel/spookachtig - de rest van de maan. Dat blijkt dus het licht van de aarde te zijn, dat de maan weer naar ons terugkaatst. Het is dus het licht van de zon dat op de aarde valt, dan van de aarde naar de maan schiet, en dan weer door de maan naar de aarde wordt terugkaatst, zo hup in onze ogen. Een soort derdehands zonlicht.1

Figuur 1: Aardlicht (?) met palmboom (Link to Earthsky)

In het engels heet het “earthlight”. Noemen wij het dan aardlicht? Dat woord is dan wel eigenlijk alleen gepast voor mensen op de maan. Zij zien direct aardlicht. Wij zien uiteindelijk gewoon weer maanlicht. Dat ooit aardlicht was. Dat ooit zonlicht was. Zonmaanaardlicht.

Sowieso is het wel goed om je eens te verplaatsen in de mensen op de maan. Zo zijn de fasen van de maan tegengesteld aan die van de aarde. Dus als het voor ons volle maan is, is het voor de mensen op de maan “nieuwe aarde”. En als het voor ons “nieuwe maan” is, is het voor de mensen op de maan “volle aarde”. En dat laatste is dus ook weer de reden dat we soms die spookachtige maan zien: dat is de “volle aarde” die heel hard op de maan aan het schijnen is.

Ik bedenk dit overigens niet zelf. Ik zag het hier. Leuk om te volgen!


  1. Eerstehands zonlicht is ook helemaal niet goed voor onze ogen. ↩︎